Wanneer kwam de omslag in het denken?
Nog niet heel lang geleden vond de overheid dat contant geld uitgebannen moest worden. Contant geld bracht veel te veel risico´s met zich mee. Denk aan tasjesroven, supermarktberovingen, bankovervallen, valsemunterij. Al die criminaliteit was niet alleen lastig voor burgers, het deed ook een groot beroep op de inzet van politie. Tegelijkertijd had de overheid ook heel praktische bezwaren tegen contant geld: belastingontduikers hadden vrij spel, doordat zwarte verkopen niet werden opgegeven.
Deze week las ik een juichend artikel over de geslaagde terugdringing van kasgeld in Zweden. Je weet wel hoe zoiets gaat. Een Portugees die ik ken uit de beweging pro Europa stuurde mij een linkje, voorzien van een kritische noot. Het was een artikel op de site van een organisatie van economische hotshots WEF[1] (grote bedrijven en politici).
In de afgelopen tien jaren is het door de Riksbank uitgegeven bedrag aan papier- en muntgeld gehalveerd.
Je mag concluderen dat het betalingsverkeer steeds meer gecontroleerd wordt door de private sector, particuliere bedrijven. Is dat erg? Je zou ook kunnen zeggen dat de publieke sector, de overheid, de taak laat liggen die zij in Zweden vierhonderd jaar succesvol vervulde.
In het artikel op de site van het WEF wordt beschreven dat de Zweedse centrale bank Riksbank, samen met de Noorse centrale bank, bezig is een e-krona[2] te ontwikkelen. Dat is een elektronische versie van de Zweedse Kroon. WEF stelt dat de e-krona niet afhankelijk is van DLT (distributed ledger technology. Blockchain concepten die gebaseerd zijn op DLT functioneren uitsluitend bij een online internetverbinding. Je saldo en mutatiegegevens worden namelijk opgeslagen in een virtueel netwerk van samenwerkende computers. Bij sommige concepten is zelfs online autorisatie nodig.
Enthousiastelingen van crypto currency[3] (zoals bitcoin, een specifieke toepassing van Blockchain concept DLT) zien de e-krona wel als een gewone toepassing van DLT. Op verschillende sites wordt driftig gespeculeerd[4] over het uiteindelijk te kiezen model. Heel spannend allemaal, maar ik zou niet eens verbaasd zijn als het uiteindelijk een soort Chipknip[5] wordt.
De Chipknip werd in Nederland gebruikt van 2009 tot en met 2014, en werd afgeschaft omdat er te weinig gebruik van werd gemaakt. Dat kwam eerlijk gezegd doordat PIN te goed functioneerde. Mooi aan de Chipknip was dat er op je pasje een saldo stond waar je aankopen mee kon doen, en dat winkeliers na afloop van de dag in een keer bij hun bank betaling konden claimen. Daardoor was het systeem minder afhankelijk van beschikbaarheid van een internetverbinding dan bij betaling met PIN.
Begin 2017 kwam onze eigen centrale bank DNB[6] voorzichtig naar buiten met twijfels. Uit cijfers uit 2015 en 2016 bleek dat 31% van alle betalingen met PIN bestond uit opnamen bij geldautomaten. In verhouding tot Noorwegen (14%) en Zweden (18%) overigens nog best veel. Niet cijfermatig onderbouwd is dat contant geld meestal meerdere keren wordt gebruikt, doordat particulieren onderling contant betalen en winkeliers inkopen en soms ook lonen contant afrekenen. Dit hergebruik van contant geld werkt als een hefboom op genoemde percentages. Uit onderzoek blijkt dat in Nederland in 2016 toch nog 49% van alle betalingen contant gingen.
Terwijl de verwachting werd uitgesproken dat we in 2018 zelfs maar 40% van onze betalingen contant doen (het blijkt nu 39% te zijn), ontstond plotseling aandacht voor groepen mensen die moeite hebben met vormen van elektronisch betalen. Gewezen wordt op mensen met slecht zicht en jongeren onder de 14 jaar. Dat lijken mij vooral argumenten die komen uit de hoek van voor u, over u en zonder u. Dit zijn namelijk precies groepen die goed geholpen kunnen worden met eenvoudige technische hulpmiddelen.
Geloofwaardiger zijn groepen waar ouderenomroep MAX[7] op wijst: ouderen, digibeten en laaggeletterden. Per saldo vond in ieder geval 71% van de Nederlanders dat het mogelijk moest blijven om met contant geld te betalen.
Als een duveltje uit een doosje meent nu DNB[8] dat het welletjes is. Cashloos maakt je als samenleving kwetsbaar, is de stoere uitspraak. Mogelijk heeft DNB lessen getrokken uit een recente geschiedenis van storingen in het betalingsverkeer, deels veroorzaakt door hackers.
Die hackers zijn vermoedelijk een kernprobleem. Het blijkt kinderlijk eenvoudig te zijn om de autorisatie van PIN lam te leggen met een DDoS[9] aanval (Distributed Denial of Service) op een bank. Grappig genoeg denkt netwerkbeheerder KPN[10] haar klanten te kunnen beschermen tegen DDoS aanvallen. Het schoonwassen van internetverkeer, door providers met NaWas[11], is een aardige poging om DDoS te blokkeren. Zie het echter als een wapenwedloop, waarbij criminelen telkens een stap voor zijn op de bewakers.
Op het gebied van criminaliteit is flink geďnnoveerd. Zo gaan diefstal en berovingen steeds vaker digitaal, omdat de pakkans kleiner is en de buit groter.
Ook voor onderlinge betalingen heeft de criminele sector andere betaalvormen dan stapeltjes met briefjes van duizend Euro gevonden, zoals de bitcoin.
Heel begrijpelijk dat de overheid geen urgentie meer geeft aan het terugdringen van contant geld.
© Jeroen van Rossum, 15 november 2018.
De redactie van ESK belicht actuele kwesties. Wij leggen het verband tussen (fiscale) wetgeving en ondernemen, maar een persoonlijke opinie steken wij niet onder stoelen of banken. Als lezer kun je vragen op ons formulier stellen. Wij doen ons best om juiste en accurate informatie te geven, maar zijn niet aansprakelijk voor eventuele fouten of verkeerde interpretaties.
Waarschuwing: wat waar is als het wordt geschreven kan achterhaald raken door ontwikkelingen in wetgeving, techniek en economie. Raadpleeg daarom altijd een professional voordat je grote beslissingen neemt. De kosten om een deskundige in te huren wegen niet op tegen de kosten van een miskleun.