Laat duidelijk blijven dat ik tegen de verhoging van 6% naar 9% BTW ben.
De jongste door mij gelezen motivatie tegen de verhoging van de lage BTW vind ik absurd. Niet uitsluitend door de pogingen het tarief BTW te maken tot inkomensinstrument. Principieel fout, goedbedoeld maar onzuiver in de gedachtegang. Het meeste stoort mij de berekening.
De argumentatie die nu gebruikt wordt gaat over inkomenspolitiek. Laat ik daar even in meegaan, puur om mijn goede wil te tonen. Wat valt jou op aan "een kar boodschappen van 100 euro, 2,80 euro duurder wordt. Dat kost huishoudens volgend jaar gemiddeld zo’n 350 euro extra."
Een kar boodschappen van 100 Euro vind ik nogal wat. Ik durf te stellen dat wie zoveel uit kan geven weinig financiële ondersteuning nodig heeft.
De rekensom 350,00 per jaar / 2,80 per kar boodschappen veronderstelt dat je per jaar 125 van die karren met boodschappen haalt. Dat is dus 250 Euro per week. Natuurlijk ken ik wel de verhalen van mensen die een keer in de week voor 300 Euro boodschappen doen, maar dat zijn mensen die zichzelf eerder herkennen in de rijken uit de samenleving dan dat ze behoefte hebben aan een lager tarief BTW.
Van de andere kant berekend: 125 karren met elk 100 Euro boodschappen veronderstelt dat je per jaar netto 12.500 Euro netto uitgeeft aan boodschappen met het lage tarief BTW. Dat is meer dan een bijstandsuitkering waar ook nog huur van betaald moet worden, en een minimumloner zal ook niet zo veel geld beschikbaar hebben voor boodschappen.
Om je zo veel boodschappen te kunnen permitteren moet je echt lid zijn van de Tweede Kamer of van de SP, of van beiden.
Voor de zekerheid heb ik een paar weken teruggebladerd in mijn eigen bonnetjes van de supermarkt. Het was mij nog niet eerder opgevallen, maar de Lidl is slordig met de BTW: van wat ik deze maand betaalde voor witte wijn werd lage BTW afgedragen (in augustus nog wel de verplichte hoge BTW). Daarmee raak ik vermoedelijk wel een punt; van die karren met vele malen meer boodschappen dan ik haal behoort een belangrijk deel niet belast zijn met lage BTW maar met hoge BTW. In de praktijk zal je dus extreem veel extra boodschappen moeten halen om aan het voorgerekende nadeel van 350 Euro te komen. Wijn, bier en wasmiddel zijn voorbeelden van boodschappen waar het lage tarief BTW niet op van toepassing is.
Hoewel het de administratie voor ondernemers ingewikkelder zou maken ben ik eerder voor een systeem zoals de Belgen hebben, met drie tarieven BTW (6%, 12% en 21%). In Denemarken kennen ze uitsluitend 25% BTW, om even compleet te zijn.
Denk eens na over de mogelijkheid om hier de tarieven 5%, 15% en 25% te hanteren. Daarmee kun je als overheid veel verfijnder aansturen welke goederen en diensten je wilt ondersteunen dan wel afremmen. Groenten en fruit 5%, vlees 15% (om even een knuppel in het hoenderhok te gooien) en alcohol, autorijden of vliegen 25% BTW.
Jeroen van Rossum, 8 oktober 2018.
De redactie van ESK belicht actuele kwesties. Wij leggen het verband tussen (fiscale) wetgeving en ondernemen, maar een persoonlijke opinie steken wij niet onder stoelen of banken. Als lezer kun je vragen op ons formulier stellen. Wij doen ons best om juiste en accurate informatie te geven, maar zijn niet aansprakelijk voor eventuele fouten of verkeerde interpretaties.
Waarschuwing: wat waar is als het wordt geschreven kan achterhaald raken door ontwikkelingen in wetgeving, techniek en economie. Raadpleeg daarom altijd een professional voordat je grote beslissingen neemt. De kosten om een deskundige in te huren wegen niet op tegen de kosten van een miskleun.